Gepland was De Koning van Portugal, het derde toneelstuk van Gerrit Komrij. Maar hij had de opdracht van Toneelgroep Amsterdam om een nieuw stuk te schrijven nog niet afgerond. Het stuk werd uitgesteld tot het volgend seizoen. In plaats daar van bracht het gezelschap de wereldpremière Terug in de Woestijn van Koltes in de regie van Gerardjan Rijnders.

In Terug in de Woestijnkeert Mathilde, na vijftien jaar in Algerije gewoond te hebben, terug naar het ouderlijk huis in een Franse provinciestad. Haar broer, een industrieel, beheert de woning. Mathilde heeft een zoon, waarvan de vader in het Duitse leger diende ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Haar dochter is half Algerijnse. De handeling speelt zich in de zestiger jaren af. Frankrijk voert zijn laatste koloniale oorlog tegen Algerije. Koltes tekent de Fransen als provincialen, die zwelgen in hun superiorieitswaan en zelfvoldaanheid. In feite gedragen ze zich als racistische, egoïstische, hypocriete en rancuneuze kleinburger. De zuster wordt als een indringster gedwarsboomd door deze leefgemeenschap van dorpsnotabelen, waartoe de commissaris behoort. Vooral als ze aanspraak komt maken op het huis, wordt ze op lachwekkende wijze bestreden.